Het examenprogramma economie bestaat uit onderstaande 7 domeinen. Bij elk hoofdstuk in je economieboek staat vermeldt om welk domein het gaat; vaak kun je dit ook terugvinden in de inhoudsopgave van je boek. Als je dus een lesvideo zoekt, zoek dan even in je economieboek op bij welk domein het betreffende onderwerp hoort.
Klik op één van de domeinen om bij de bijbehorende lesvideo's te komen.
Schaarste & Ruil
Dit examendomein hoort alleen bij het schoolexamen en komt niet terug op het eindexamen. De belangrijkste economie onderwerpen bij dit domein zijn o.a. schaarste, keuzes maken, opofferingskosten, ruil, specialisatie, comparatieve en absolute kostenvoordelen, geld (o.a. intrinsieke en extrinsieke waarde), girale en chartale geldschepping, indexcijfers, koopkracht, inflatie en het consumenten prijsindexcijfer (CPI).
Cell |
Markten
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen bij dit domein zijn o.a. vraag, aanbod, het marktevenwicht, (kruiselingse) prijselasticiteit, inkomenselasticiteit, kosten en opbrengsten, het break-even punt en het bepalen van de maximale winst (zowel met grafieken als met de afgeleide TO en TK) en ook de marktvormen (volkomen concurrentie, monopolistische concurrentie, oligopolie en het monopolie) worden uitgelegd.
Ruilen over de tijd
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen bij dit domein zijn o.a. ruilen over de tijd (intertemporele substitutie), renteberekeningen, begrotingstekort, financieringstekort, staatsschuld, uitkeringen (welvaartsvast, waardevast) en pensioenen (omslagstelsel, kapitaaldekkingsstelsel).
Samenwerken en onderhandelen
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen bij dit domein zijn o.a. speltheorie, simultane spellen, het sequentiële spel, het marktevenwicht, het Nash-evenwicht, gevangenendilemma, constante waarden spel en verzonken kosten.
Risico en informatie
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen zijn risico, verzekeren, averechtse selectie, moreel wangedrag, eigen risico, kosten/opbrengsten/winst van verzekeraars, effecten (o.a. staatsobligaties, bedrijfsobligaties en aandelen), rendement en meer.
Welvaart en groei
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen zijn toegevoegde waarde, het BBP (bruto binnenlands product), het BBI (bruto binnenlands inkomen), welvaart, inkomensverdeling, lorenz curve, belastingensystemen (progressief, degressief en proportioneel/vlaktaks), inkomstenbelasting box 1, aanmerkelijk belang box 2 en vermogensrendementsheffing box 3, economische kringloop (geldkringloop), nationale rekeningen en macro-economische identiteiten.
Cell |
Goede tijden slechte tijden
Dit examendomein hoort zowel bij het schoolexamen als bij het eindexamen. De belangrijkste onderwerpen zijn conjunctuurgolf (hoog- en laagconjunctuur), conjunctuurindicatoren, prijsrigiditeit, loonstarheid, maatschappelijke geldhoeveelheid, omloopsnelheid van het geld, verkeersvergelijking van Fisher, geaggregeerde vraag en aanbod, conjunctuurpolitiek, automatische stabilisatoren, de betalingsbalans (lopende rekening en kapitaalrekening) en wisselkoersen.